Positie mensen met beperking verslechterd


Het VN-verdrag Handicap trad in 2016 in Nederland in werking. 3 jaar later leek het juist moeilijker te zijn geworden om volwaardig mee te doen aan de maatschappij. Dat stelde de Alliantie VN-verdrag Handicap eind 2019 in een rapportage. Cliëntenbelang Amsterdam wil dat de gemeente Amsterdam bij de landelijke politiek aan de bel trekt om de wetgeving minder vrijblijvend te maken.

Volgens de Alliantie steeg de werkloosheid onder mensen met een beperking en hadden meer van hen te maken met armoede. Er was een tekort aan betaalbare aangepaste woningen en een groeiend aantal kinderen dat vanwege hun beperking werd uitgesloten van het schoolsysteem.


Volgens onze beleidsmedewerker Toegankelijkheid Bart Weggeman gaat de landelijke overheid verkeerd te werk, waardoor het op lokaal niveau moeilijker is om 'inclusie' te realiseren. Daar is stevig overheidsbeleid voor nodig. In plaats daarvan liggen de verplichtingen uit het VN-verdrag bij gemeenten, zonder duidelijke afspraken over wat ervan terecht moet komen. Weggeman: “In theorie zijn bijvoorbeeld alle bussen en de helft van de bushaltes nu toegankelijk. Maar er zijn geen cijfers of dat ook echt zo is in de praktijk. De haltes moeten daarnaast ook goed bereikbaar zijn. Helaas zijn op dat punt nooit afspraken gemaakt.”


Betere informatie nodig over wonen met beperking


De moeizame informatievoorziening over woonmogelijkheden voor mensen met een beperking: dat was één van de knelpunten die wij in februari hebben ingebracht tijdens een gesprek met wethouder Ivens (Wonen en Openbare Ruimte). Niet alleen cliënten, maar zelfs beroepskrachten konden informatie over woningaanpassingen, rolstoelwoningen, regelingen, kosten en alternatieve woonvormen moeilijk vinden. Dit gold zowel voor de sociale- als de vrije huursector.

Elmy Everaert onze, beleidsmedewerker Wonen: “Amsterdammers hebben er last van dat zorg en wonen


afzonderlijke beleidsterreinen zijn. En dat het ontbreekt aanaan duidelijke en goed vindbare informatie om belangrijke zaken voor je levenskwaliteit te kunnen regelen."

De wethouder erkende volmondig het belang van duidelijke informatie en beloofde beterschap. Als voorbeeld van hoe het ook kan, wezen we hem op ‘Utrecht voor later’, hét woonplatform voor senioren in Utrecht.”

Zorgaanbieders voorspelden een tekort van 900 langdurige verpleegplekken. En het ontbrak in 2019 ook al aan wisselwoningen voor 200 bewoners van zorglocaties die verbouwd worden. Everaert: “Gelukkig blijkt de gemeente volop in gesprek te zijn met bestuurders van zorginstellingen over mogelijke oplossingen. Dit verraste ons positief. Want bij onze achterban was dit niet bekend."

Autoluwe stad heeft voordelen én nadelen

Om de autoluwe plannen van de gemeente te ondersteunen, publiceerden 6 Amsterdamse organisaties met uiteenlopende achtergronden in oktober het Manifest 'Amsterdam Autoluw'. Cliëntenbelang Amsterdam was één van de opstellers van het Manifest. Volgens ons heeft een autoluwe stad veel voordelen, maar zitten er ook negatieve kanten aan. In een autoluwe stad wordt het voor mensen prettiger om naar buiten te gaan, meer te wandelen en sporten. En het brengt minder stress met zich mee. Er komt meer ruimte voor voetganger en fietser. Dat helpt enorm om de toegankelijkheid van de (binnenstad) te vergroten. Stoepen kunnen breder worden en er kunnen looproutes worden gemaakt.

Ook nadelen Een autoluwe stad heeft ook een aantal nadelen, waarvoor een oplossing moet komen. Bijvoorbeeld hoe mensen die slecht ter been zijn op hun bestemming komen als ze gebruik moeten maken van de auto. Ook zal het aantal parkeerplaatsen op straat minder worden. De gemeente moet er dan wel voor zorgen dat mensen met een aangepaste auto en een Europese gehandicaptenparkeerkaart kunnen blijven parkeren in autoluwe gebieden. Halen en brengen In autoluwe gebieden zal het in de toekomst moeilijker worden om met de auto voor de deur te komen om iemand te halen en te brengen. Toch is dat voor sommige mensen met een mobiliteitsbeperking noodzakelijk. We vinden dat in het programma 'autoluw' de gemeente afspraken moet maken die ervoor zorgen dat mensen met een beperking voor de deur opgehaald en afgezet kunnen worden.

Openbaar vervoer voor mensen met beperking slechter

In 2018 is de Noord-Zuidlijn in gebruik genomen en is veel veranderd in het lijnennet van het openbaar vervoer. Sindsdien ervaren mensen met een beperking dat het openbaar vervoer er voor hen op achteruit is gegaan. Uit onderzoek via ons digitale klantenpanel bleek 48% van de deelnemers dat vond. Hun ervaringen en aanbevelingen hebben we gebundeld in het ‘ZwartWitboek Openbaar Vervoer Amsterdam’. Dit hebben we tijdens een vergadering van de Vervoerregio Amsterdam op 10 december aan de leden aangeboden.

De oorzaken van deze achteruitgang zijn onder meer:

  • De loopafstand naar haltes van trams en bussen is in veel gevallen groter geworden. In sommige gevallen is de afstand verdubbeld van 400 naar 800 meter.
  • Reizigers moeten vaker overstappen op slecht toegankelijke stations en haltes, waardoor het halen van aansluitend vervoer nog moeilijker of zelfs onmogelijk wordt.
  • De inzet van oude ontoegankelijke trams door het GVB op sommige lijnen die daardoor voor veel mensen met een beperkingvolledig onbruikbaar zijn.

Gevolgen verontrustend Het is verontrustend dat hierdoor een flink aantal mensen met een beperking niet meer op bepaalde bestemmingen komt of het openbaar vervoer zelfs helemaal mijdt. Hierdoor worden zij gedwongen om meer van het Aanvullend Openbaar Vervoer gebruik te gaan maken. Dit leidt tot minder zelfstandige zorgvragers en hogere kosten voor de gemeente.